Achterhand naar binnen, voorhand op de hoefslag: zo rijd je deze voorwaarts-zijwaartse beweging.
Travers wordt door veel ruiters gezien als een moeilijke oefening.
De voorhand van het paard blijft op de hoefslag, terwijl de achterhand op de binnenhoefslag loopt.
Het paard is in de bewegingsrichting gesteld en gebogen. 
De travers kan in stap, draf en galop gereden worden.

Bij travers beweegt elke hoef zich op een eigen spoor. De voorbenen blijven op de eerste hoefslag terwijl de achterbenen op de binnenhoefslag lopen.
Zowel voor- als achterbenen grijpen zo ver mogelijk naar voren en kruizen elkaar.

Voorbereiding
Om de travers goed te kunnen rijden moet je je paard vanuit volledige ontspanning beide kanten op kunnen stellen en buigen zonder dat je paard het hoofd daarbij kantelt.
Het paard moet nageeflijk zijn in een fijne, lichte aanleuning en hij moet goed aan het been zijn; je moet kunnen schakelen in tempo.

Hulpen
De ruiter leidt de travers meestal vanuit de hoek in. 
Dit heeft als voordeel dat hij de buiging en stelling meteen van daaruit mee kan nemen in de oefening.
De achterhand komt dus niet eerst op de hoefslag.
In de travers belast de ruiter zijn binnenzitbeenknobbel iets meer. Maak je binnenbeen lang door je knie te laten zakken.
Het paard zal zijn lijf om dit been heen buigen.
 
Het buitenbeen wordt iets naar achteren gelegd en deze houdt de achterhand van het paard op het juiste spoor.
Het binnenbeen blijft op de singel; hier omheen buigt het paard.
Met de binnenhand geeft de ruiter stelling aan, de buitenhand gaat iets mee naar voren en buiten, zodat het paard zijn beweging kan afmaken.

Renvers
Het zusje van de travers is de renvers. Bij deze oefening blijft de achterhand op de hoefslag en komt de voorhand op de binnenhoefslag.
Het paard is, net als bij travers, in de bewegingsrichting gesteld en gebogen.

Fouten
De meest gemaakte fouten bij de travers zijn:

• Te weinig of verkeerde stelling
• Geen of te weinig lengtebuiging
• Niet op 4 sporen, achterhand komt te weinig naar binnen
• Kantelen van het hoofd van het paard
• Ruiter gaat scheef zitten of duwen met zijn zit
• Paard valt terug in tempo, te weinig activiteit