Ontwikkeling ongeboren veulen
Een merrie is gemiddeld 340 dagen drachtig, maar een dracht tussen 320 en 360 dagen is gebruikelijk. Wanneer het veulen voor de 300 dagen wordt geboren, is de overlevingskans klein. Indien de merrie overdraagt (langer dan 360 dagen), betekent dit niet direct dat er wat vreselijks aan de hand is. Overdragen komt regelmatig voor en geeft geen complicaties.
Het is gebruikelijk om op 18 dagen te scannen op dracht. Indien de merrie drachtig is, is er een duidelijk vruchtje te zien op de scan. De vruchtblaas is al wat aan het vervormen, van mooi rond naar wat grilliger. Dit is een gevolg van het verdwijnen van het kapsel rond de vruchtblaas.
Pas na een maand of drie begint de buik van de merrie te groeien. De merries die voor het eerst een veulen krijgen, krijgen meestal wat later in de dracht een buik. Het veulen groeit het hardst in de laatste vier maanden en het gewicht neemt dan ook flink toe.
Voeding
Tijdens de eerste 7 maanden van de dracht is het niet nodig om de merrie extra te voeren. Indien de merrie getraind blijft worden tijdens de dracht, is het zinvol om krachtvoer te voeren om genoeg energie te geven. Dit hoeft echter lang niet altijd en het is van belang om het gewicht van de merrie tijdens de dracht goed in de gaten te houden. Overgewicht bij de merrie veroorzaakt vet in het geboortekanaal wat een belemmering vormt voor de bevalling. Tevens heeft overgewicht een negatief effect op de melkproductie.
Het veulen begint pas flink te groeien in de laatste vier maanden en het is dan belangrijk om de merrie te voorzien van goed eiwitrijk ruwvoer. Indien het ruwvoer lage eiwitwaarden heeft, kan luzerne een mooie aanvulling zijn omdat deze plant van nature een hoger eiwitgehalte heeft dan het gras in de wei. Daarnaast heeft de merrie ook meer behoefte aan mineralen zoals calcium en fosfor. Door de merrie meer ruwvoer te verstrekken krijgt ze meer van deze mineralen binnen. Ook stijgt de behoefte aan ijzer, en heeft de merrie meer vitamine A en E nodig.
Merriebrok is een mooie aanvulling. Zo bevat het meer mineralen, vitaminen en eiwit dan standaard brok. Indien je merrie overgewicht heeft, is het belangrijk hier niet te veel van te voeren of geheel weg te laten. In dat geval is het zinvol om supplementen te voeren die het ruwvoer aanvullen.
Training
Een drachtige merrie kan in principe nog heel lang door getraind blijven worden en zelfs in wedstrijd uitgebracht worden. Het is belangrijk om regelmaat in de trainingen te behouden en de merrie in vorm te houden. Een dracht bij een merrie hoeft absoluut niet te betekenen dat ze een jaar stil moet staan. Over het algemeen zul je 3 maanden voor de bevalling (i.v.m. groeispurt veulen) en drie maanden na de bevalling minder/niet kunnen trainen. Dit is geheel per paard afhankelijk en ze geven vanzelf aan als ze het wat rustiger aan willen doen. Waar tot slot rekening mee gehouden moet worden is het vermijden van stress (transport, overtrainen..).
Een jong paard dat voor het eerst onder de man gaat springen, moet eerst wennen aan balkjes. Leg eerst eens een enkele balk op de grond en stap daar tijdens het uitstappen eens rustig overheen. Een keer erop kun je over twee, of later drie of vier balken stappen, eventueel achter een ander paard aan. Dit is puur om het paard aan balkjes te laten wennen. Als het in stap goed gaat, draaf je er rustig overheen. Na een paar trainingen zal het paard ontspannen, met het neusje naar beneden, over de balken draven.
Hoe rijd je een rechte lijn over de middellijn?
Het succes in de springring hangt niet alleen af van de springaanleg van paard en ruiter, maar ook van de mate van africhting van het paard om controle en balans te houden tussen de hindernissen.
Een goede voorbereiding is het halve werk. Vandaag een aantal tips voor het verkennen van je springparcours.
Dit kun je beter niet tegen je hoefsmid zeggen
Schitterende decoratie-artikelen om jouw huis gezellig te maken!
Reacties
Er zijn nog geen reacties.